Besluit departementale herindeling maatschappelijke diensttijd

Geraadpleegd op 31-05-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 22-02-2023 en zichtdatum 14-05-2024.
Geldend van 19-01-2022 t/m heden

Besluit van 10 januari 2022 nr. 2022000018, houdende departementale herindeling met betrekking tot maatschappelijke diensttijd

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken, d.d. 10 januari 2022, kenmerk 3758954;

Gelet op artikel 44 van de Grondwet;

HEBBEN GOEDGEVONDEN EN VERSTAAN:

Artikel 1

Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap wordt belast met de behartiging van aangelegenheden op het terrein van maatschappelijke diensttijd voor zover deze voor 10 januari 2022 was opgedragen aan Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Artikel 2

De taken van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap worden dienovereenkomstig gewijzigd.

Artikel 3

De organisatorische, personele en rechtspositionele aspecten van de in artikelen 1 en 2 bedoelde herindeling van departementale taken worden uitgewerkt in overleg tussen Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Onze Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs en Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 10 januari 2022.

Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken, Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Onze Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs en Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zijn belast met de uitvoering van dit besluit, dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan de in dit besluit genoemden, de Hoge Colleges van Staat, de Raad van Ministers, de Gevolmachtigde Ministers van Aruba, van Curaçao en van Sint Maarten en de ministeries.

's-Gravenhage, 10 januari 2022

Willem Alexander

De Minister-President,

Minister van Algemene Zaken,

M. Rutte

Naar boven